" BLABLABLA
Geen excuses.
Doe de stoelgangtest. "

Marc Herremans

RISICOFACTOREN

In 70% van de gevallen is bij dikkedarmkanker geen sprake van een bepaalde risicofactor. Toch zijn er enkele factoren die het risico op dikkedarmkanker verhogen:

Familiale belasting

Als één of meerdere van je biologische ouders, kinderen, broers of zussen dikkedarmkanker hebben of hadden, heb je een verhoogd  risico. Hoe jonger je getroffen familielid, hoe groter je eigen risico. Bespreek dit met je huisarts. Ongeveer een vijfde van de dikkedarmkankers komt voor bij mensen met een familiale belasting. 

Genetische aandoeningen 

Erfelijke vormen van dikkedarmkanker zijn eerder zeldzaam. Het gaat om zowat 5% van de gevallen. Er worden drie soorten onderscheiden. 

  • Familiaire Adenomateuze Polyposis (FAP) 
    Dit is een aangeboren aandoening. Mensen met dit syndroom hebben honderden dikkedarmpoliepen, vaak al op jonge leeftijd. Als die niet preventief worden verwijderd, ontstaat nagenoeg altijd kanker. 

  • Hereditair Non-Polyposis Colorectaal Carcinoom (HNPCC of Syndroom van Lynch) 
    Ook mensen met deze erfelijke aandoening hebben een verhoogd risico op dikkedarmkanker, maar zonder dat ze veel poliepen hebben. 

  • MYH-polyposis 
    Net als FAP wordt ook deze soort erfelijke dikkedarmkanker gekenmerkt door de aanwezigheid van een groot aantal poliepen.  

Leeftijd 

Ongeveer 95% van alle dikkedarmkankers komt voor bij mensen boven de 50 jaar.  

Voorkomen van dikkedarmkanker in Vlaanderen (2021) per leeftijdscategorie (Bron: Stichting Kankerregister) 

 

Aantal dikkedarmkankers naar leeftijd en geslacht 2021

 

 

Chronische darmontstekingen(Colitis Ulcerosa en ziekte van Crohn) 

Mensen met één van deze darmaandoeningen hebben een verhoogd risico op dikkedarmkanker. 

Voorgeschiedenis van dikkedarmkanker 

Mensen die al dikkedarmkanker hebben gehad, hebben een verhoogd risico om opnieuw dikkedarmkanker te krijgen. Ze worden daarom jarenlang door een specialist opgevolgd. 

Levensstijl 

Overmatige consumptie van rood vlees (rund, varken, lam, geit) en verwerkt vlees (gerookt of gezouten, of vlees waaraan chemische bewaarmiddelen zijn toegevoegd), overmatig gebruik van alcohol, lage vezelinname, weinig fysieke activiteit (minder dan 30 minuten per dag), overgewicht en roken. 

Als één of meerdere van deze risicofactoren op jou van toepassing zijn, betekent dat niet dat je zeker dikkedarmkanker zult krijgen. Een gezonde levensstijl en een gezond voedingspatroon kunnen je risico op dikkedarmkanker wel verkleinen. Het is hoe dan ook belangrijk om je van je eigen risico op dikkedarmkanker bewust te zijn. 

Ben je familiaal belast of heb je een verhoogd risico door een hierboven vermelde genetische of chronische aandoening? Neem contact op met je huisarts of specialist om een gepaste begeleiding te bespreken.