
Borstkanker is de meest voorkomende kanker bij vrouwen. Dankzij het gratis Bevolkingsonderzoek Borstkanker wordt de ziekte steeds vaker in een vroeg stadium ontdekt. Dat vergroot niet alleen de kans op overleving, maar zorgt ook voor minder ingrijpende behandelingen. Twee op de drie vrouwen doet al mee. Gynaecologe Femke Delporte van AZ Sint-Lucas en dr. Patrick Martens van het Centrum voor Kankeropsporing leggen uit wat het jou oplevert om om de twee jaar die (gratis) mammografie te laten nemen.
Wat betekent het Bevolkingsonderzoek Borstkanker voor jou?
Jaarlijks krijgen meer dan 6.500 vrouwen in Vlaanderen borstkanker, en dat aantal stijgt al jaren. “Een groot deel van de borstkankers kunnen we niet voorkomen, maar we kunnen het wél vroeg opsporen”, legt gynaecologe Femke Delporte uit. “Vrouwen die deelnemen aan het Bevolkingsonderzoek Borstkanker hebben tot de helft minder kans om te overlijden aan borstkanker. Dat is ook de reden waarom dit bevolkingsonderzoek er is. Als we borstkanker in een vroeg stadium ontdekken, is bij sommige types borstkanker de 5-jaarsoverleving bijna 100 procent!”
Vroeg opsporen redt levens
Dr. Patrick Martens van het Centrum voor Kankeropsporing beaamt dat. “Als we borstkanker vroeg kunnen opsporen, is de behandeling vaak minder zwaar. Zo kan chemotherapie bijvoorbeeld in bepaalde gevallen worden vermeden of wordt bij de operatie het grootste deel van de borst gespaard. Een borstkanker van 3 millimeter grootte heeft ook een veel betere prognose dan eentje van 3 centimeter. Het bevolkingsonderzoek is er dus niet om mensen schrik aan te jagen, maar om tijdig in te grijpen, om iets kleins op te lossen voordat het te groot wordt.”
Gratis en eenvoudig deelnemen
Vrouwen van 50 tot en met 69 jaar krijgen in Vlaanderen elke twee jaar een uitnodiging voor een gratis mammografie. “Op die uitnodiging staat voor jouw gemak al een afspraak, maar die kun je ook makkelijk en snel verzetten naar een moment dat voor jou beter past”, zegt Delporte. “Het onderzoek zelf duurt maar een kwartiertje. De kwaliteit van dit bevolkingsonderzoek is bovendien zeer goed. De resultaten worden namelijk door twee onafhankelijke radiologen bekeken, wat de betrouwbaarheid van de resultaten verhoogt. Ook wij als arts krijgen digitaal snel het resultaat, zodat we heel snel kunnen schakelen indien dit nodig zou zijn.”
Twijfel of pijn? Dit helpt
Toch twijfelen sommige vrouwen om deel te nemen aan het Bevolkingsonderzoek Borstkanker. “Pijn, het wachten, straling... begrijpelijk dat sommigen zich daar zorgen over maken, maar veel van die zorgen zijn onterecht”, geeft Delporte mee. “Heb je vragen over iets, bespreek het dan met je arts. Een mammografie kan best wel ongemakkelijk aanvoelen, maar dat weegt niet op tegen de voordelen ervan. Bij vrouwen die bijvoorbeeld nog een menstruatiecyclus hebben en makkelijk last hebben van pijn tijdens de mammografie, kan het helpen om de screening goed in te plannen. Een mammografie laat je bijvoorbeeld beter niet nemen vlak voor of op het moment dat je je regels hebt. Je borsten zijn dan al wat gespannen. Een ander moment in de cyclus is doorgaans comfortabeler.”
Geen reden tot zorgen over straling
“Ook over de straling hoef je je geen zorgen te maken”, vult dr. Martens aan. “De stralingsdosis van een mammografie is laag en veilig. Er blijft geen straling achter in het lichaam en de langetermijngevolgen zijn extreem klein. Angst voor straling zou geen reden mogen zijn om niet deel te nemen aan het onderzoek.”
Wat na de mammografie?
En wat na het onderzoek? “Deelnemers kunnen hun resultaten zelf consulteren via www.mijngezondheid.be en kunnen daar ook nagaan wanneer ze opnieuw in aanmerking komen voor een gratis borstkankeronderzoek”, aldus dr. Martens. “Een klein deel van de deelnemers – gemiddeld 2,3% - krijgt een doorverwijzing voor verder onderzoek. Bij het merendeel van hen blijkt uiteindelijk niets ernstig aan de hand te zijn. Laat dus zeker die uitnodiging voor borstkankerscreening niet zomaar liggen. Het merendeel van de deelnemers krijgt achteraf geruststellend nieuws, terwijl je met vroege opsporing echt levens kunt redden.”